Publiek belang - dongil chung
Begrijpen waar de motivatie van hoogbegaafde kinderen vandaan komt is misschien wel belangrijker dan het snappen van alle andere factoren die kenmerkend zijn voor deze groep. Vorige week gaf het onderzoek van Yun aan waarom hoogbegaafde tieners afwijkende keuzes maakten in de Ultimatum Game. Het bleek dat hoogbegaafden bereid waren om de eigen belangen en de belangen van de groep achter te stellen bij hun drang naar rechtvaardigheid. Het straffen van spelers die ‘oneerlijke’ biedingen deden ging zo ver dat de groep hoogbegaafden met een lager opbrengst achter bleef, ondanks het feit dat ze het spel strategisch beter speelden.
In het onderzoek ‘Different Gain/Loss Sensitivity and Social Adaptation Ability in Gifted Adolescents during a Public Goods Game’ door Dongil Chung wordt eveneens een spel gespeeld maar dan zonder aanwezigheid van ‘oneerlijke’ biedingen. Bij de Public Goods game krijgen alle deelnemers een geldbedrag dat ze per beurt kunnen houden of doneren aan het publieke belang. In het eerste geval houden ze het geldbedrag in het andere geval wordt het bedrag verdrievoudigd en verdeeld over alle deelnemers. Theoretisch is de meest rendabele strategie de ‘free rider’ strategie, namelijk alles zelf houden in de hoop dat de andere spelers veel doneren aan de pot. Bij veel ‘free riders’ leidt dit echter tot een lage opbrengst voor alle deelnemers. Chung bedacht 3 varianten waarbij de acties van de speler zelf en de andere spelers steeds andere gevolgen hebben voor de uitkomst van het spel.
Ook Chung selecteerde een groep hoogbegaafde leerlingen van 13 tot 15 jaar oud en een controlegroep van dezelfde leeftijd. In tegenstelling tot de Ultimatum Game van Yun speelt rechtvaardigheid geen rol bij de Public Goods game. Inzicht in het gedrag van de andere spelers en de gevolgen van hun handelen en het eigen handelen is doorslaggevend. Waar de groep hoogbegaafden bij de Ultimatum game een lager rendement haalde als gevolg van hun rechtvaardigheidsgevoel, daar haalde deze groep bij de Public Goods game een rendement dat in alle 3 de varianten van het spel ongeveer 20% hoger lag dan bij de controlegroep.
Chung constateerde de volgende gedragingen bij beide groepen. Ten eerste lukte het de hoogbegaafden vaker dan de controlegroep om de volgende actie van andere spelers in te schatten, een vaardigheid die volgens de ‘Theory of Mind’ karakteristiek is voor een latere leeftijd. Een tweede conclusie van Chung is dat de controlegroep een lager vertrouwen lijkt te hebben in de groep dan hoogbegaafden hebben. Als laatste constateert Chung bij de controlegroep een opvallend kuddegedrag, waarbij het ‘aansluiten’ bij de groep voorkeur krijgt boven een rationeel besluit. Bij de hoogbegaafden is dit gedrag niet waarneembaar.
De hoogbegaafde adolescenten bleken meer bereid om risico’s te nemen, waren meer gemotiveerd om te winnen en waren minder angstig voor verlies. Maar de belangrijkste conclusie van Chung was dat inzicht in de belangen en gedragingen van anderen de grootste succesfactor was in dit spel. Chung merkt op dat voor het succesvol uitvoeren van het proces van sociale besluitvorming een complexe informatieverwerking nodig is, inclusief de integratie van cognitieve en affectieve informatie en het voorspellen van toekomstig handelen van anderen. In de ontwikkelingsfase van 13 tot 15 jarigen betekent dit dat een volwassen ontwikkeling van deze cognitieve en affectieve processen essentieel is om tot een maximalisatie van rendement te komen in deze Public Goods game.
In het onderzoek ‘Different Gain/Loss Sensitivity and Social Adaptation Ability in Gifted Adolescents during a Public Goods Game’ door Dongil Chung wordt eveneens een spel gespeeld maar dan zonder aanwezigheid van ‘oneerlijke’ biedingen. Bij de Public Goods game krijgen alle deelnemers een geldbedrag dat ze per beurt kunnen houden of doneren aan het publieke belang. In het eerste geval houden ze het geldbedrag in het andere geval wordt het bedrag verdrievoudigd en verdeeld over alle deelnemers. Theoretisch is de meest rendabele strategie de ‘free rider’ strategie, namelijk alles zelf houden in de hoop dat de andere spelers veel doneren aan de pot. Bij veel ‘free riders’ leidt dit echter tot een lage opbrengst voor alle deelnemers. Chung bedacht 3 varianten waarbij de acties van de speler zelf en de andere spelers steeds andere gevolgen hebben voor de uitkomst van het spel.
Ook Chung selecteerde een groep hoogbegaafde leerlingen van 13 tot 15 jaar oud en een controlegroep van dezelfde leeftijd. In tegenstelling tot de Ultimatum Game van Yun speelt rechtvaardigheid geen rol bij de Public Goods game. Inzicht in het gedrag van de andere spelers en de gevolgen van hun handelen en het eigen handelen is doorslaggevend. Waar de groep hoogbegaafden bij de Ultimatum game een lager rendement haalde als gevolg van hun rechtvaardigheidsgevoel, daar haalde deze groep bij de Public Goods game een rendement dat in alle 3 de varianten van het spel ongeveer 20% hoger lag dan bij de controlegroep.
Chung constateerde de volgende gedragingen bij beide groepen. Ten eerste lukte het de hoogbegaafden vaker dan de controlegroep om de volgende actie van andere spelers in te schatten, een vaardigheid die volgens de ‘Theory of Mind’ karakteristiek is voor een latere leeftijd. Een tweede conclusie van Chung is dat de controlegroep een lager vertrouwen lijkt te hebben in de groep dan hoogbegaafden hebben. Als laatste constateert Chung bij de controlegroep een opvallend kuddegedrag, waarbij het ‘aansluiten’ bij de groep voorkeur krijgt boven een rationeel besluit. Bij de hoogbegaafden is dit gedrag niet waarneembaar.
De hoogbegaafde adolescenten bleken meer bereid om risico’s te nemen, waren meer gemotiveerd om te winnen en waren minder angstig voor verlies. Maar de belangrijkste conclusie van Chung was dat inzicht in de belangen en gedragingen van anderen de grootste succesfactor was in dit spel. Chung merkt op dat voor het succesvol uitvoeren van het proces van sociale besluitvorming een complexe informatieverwerking nodig is, inclusief de integratie van cognitieve en affectieve informatie en het voorspellen van toekomstig handelen van anderen. In de ontwikkelingsfase van 13 tot 15 jarigen betekent dit dat een volwassen ontwikkeling van deze cognitieve en affectieve processen essentieel is om tot een maximalisatie van rendement te komen in deze Public Goods game.